Omdat Tim Burton sfeervolle films weet te produceren was de nieuwsgierigheid erg groot betreffende zijn nieuwste creatie: Big Fish. Wij kennen Tim Burton onder andere van het bizarre sprookje Edward Scissorhands en het al even betoverende Sleepy Hollow.
Big Fish lijkt op geen van beide films. Normale personages spelen in een voor Tim Burton’s begrippen “normale” wereld. Nogsteeds een fantasiewereld, maar niet zo bizar als eerder genoemde films.
In Big Fish staat het leven centraal van Edward Bloom. Zijn verhalen waren legendarisch. Maar zijn zoon was daar nooit zo van gecharmeerd. Hij had het gevoel dat hij alleen de fantasiewereld van zijn vader leerde kennen, niet zijn vader zelf. Dus gaat hij op zoek naar het “echte” verhaal van zijn vader.
Het gaat bij Big fish niet om de verhalen zelf, maar om de wijze waarop ze verteld worden. Daarin blijkt Burton een meester van de sfeer. Het lijkt alsof hij iedere triviale gebeurtenis weet op te poetsen tot een legendarisch verhaal.
Dat is de reden om deze film te kijken. Om te genieten van de vertelkunst van Burton. Sommigen zullen de film inhoudelijk misschien wat mager vinden en dat is misschien ook wel terecht. Maar dat is bij deze film niet zo van belang. Je moet je scepsis en behoefte aan een moraal opzij zetten en gewoon de film ervaren.
Dan zal Big Fish ervaren worden als een fijne idyllisch sprookje waar je jezelf heerlijk in kunt verliezen, waarbij we kunnen genieten van die typische sfeervolle scènes die we zo goed van Burton kennen.
De vraag is waarom Big Fish zo aanspreekt terwijl het verhaal toch eigenlijk niet zoveel om handen heeft. Het zijn wat gebeurtenissen die door de vader wat “opgeleukt” zijn. Maar het zijn, soms grappige, soms heerlijk romantische gebeurtenissen. Lekker zwart-wit, zoals de scène met dat veld vol narcissen en de wijze waarop zij voor hem kiest.
De kracht van de film zit hem deels in dat maffe accent van Ewan McGregor. Maar bovenal zijn het die vet aangezette omgevingen. Zoals het spookachtige bos, dat wordt afgewisseld met een omgeving die juist een volstrekt tegenovergestelde omgeving en sfeer overbrengt.
De essentie is dat de vader niet zozeer gelogen heeft, maar dat hij zijn verhalen alleen wat mooier heeft gemaakt dan dat ze waren. De werkelijkheid is niet altijd even mooi, soms het tegenovergestelde van dat. Het opwaarderen is een truc om daarmee om te gaan. Het is een soort ontsnappen aan de werkelijkheid.
De verhalen worden afgewisseld met de realiteit: een stervende vader en een zoon die zich door hem bedonderd voelt omdat hij alleen die verhalen kent en niet weet hoe het allemaal echt is gebeurd. Die afwisseling is goed, maar het hele verhaal tussen vader en zoon is eigenlijk niet zo heel er interessant.
Eigenlijk is het hele vader en zoon gebeuren een kapstok om al deze gekke verhalen aan elkaar te knopen en af en toe een rustpunt in te bouwen om er voor te zorgen dat het niet een aaneenschakeling wordt van gekke verhalen, wat wel eens tot een overdosis zou kunnen leiden. Dat wil echter niet zeggen dat aan die “opvulling” geen aandacht is besteed. Met name de badscène spreekt enorm aan.
Big Fish maakt het niet moeilijk om je in te leven en je te laten meeslepen. Om even te ontsnappen aan de waan van de dag. Het doel van vrijwel iedere film.