Edward Scissorhands heb ik naar mijn schatting zo’n tien jaar geleden gekeken en op de een of andere manier is met name die sfeer van de film mij bij blijven staan. Daarom uit nieuwsgierigheid eens even gekeken of deze film nog ergens beschikbaar was. Leve het internet!
Edward Scissorhands is een sprookje. Het begin is vergelijkbaar met het verhaal van Dr. Frankenstein: een uitvinder maakt een levend wezen dat op een mens lijkt. De uitvinder sterft echter voordat hij af is en daarom heeft hij geen handen maar allemaal grote scharen. Zo leeft hij alleen in het grote huis bovenop een grote heuvel, met uitzicht op een klein middenstandswijkje. Tot hij op een dag wordt gevonden door een vrouw die hem mee neemt en opneemt in haar gezin. Dat is echter even wennen, ook voor de buurt.
Deze film heeft inderdaad voor een deel nog steeds die mooie sprookjessfeer die ik mij kan herinneren. Die sfeer wordt door een aantal zaken opgebouwd. Te beginnen met Edward Scissorhands zelf. Hij wordt gespeeld door Jonny Depp, die werkelijk geweldig ‘gekostumeerd’ is. Raar zwartleren pak, zeer bleek gezicht, grote dos lang zwart piekhaar en dan die scharen. Wat een fantasie.
Daarnaast moet ook onmiddellijk de muziek in de film worden geprezen, die is echt buitengewoon essentieel voor die sprookjessfeer: zwaar aangezet, lief maar toch een tikje duister. Het doet mij aan de Batmanfilms denken, wat niet vreemd is omdat Burton ook die films regisseerde en naar ik meen ook de zelfde persoon de muziek voor deze films schreef.
Wat naar mijn idee het beeld in de film afmaakt is het decor. De pastelkleurige huisjes, dito auto’s, de modelgezinnetjes, de typetjes, er zit een vriendelijke spottende ondertoon in deze film.
Het plot is niet zo heel erg belangrijk, het is wel te voorspellen, maar dat is niet zo erg. Sfeer is hier veel belangrijker. Alhoewel ik op basis van mijn herinneringen iets meer van deze film had verwacht - en houdt de film helaas maar net aan de aandacht vast - ben ik toch nog steeds tevreden met deze film.
Edward is een heel schuchter type dat niet veel spreekt. Waarschijnlijk kun je Depp’s tekst op een half a4tje kwijt. Depp is wat dat betreft werkelijk zeer sterk gecast omdat we het voornamelijk met zijn gelaatsuitdrukkingen moeten doen (en die zijn ook al spaarzaam). Naar mijn smaak weet dit karakter sympathie op te wekken omdat wij in Edward natuurlijk de ‘outsider’ als concept herkennen, met de absurde buurt als metafoor voor de maatschappij.
Over die ‘maatschappij’: nadat Edward is gearresteerd, komt hij bij de rechter terecht. Daar maakt een psycholoog een rapport van hem op: hij is asociaal, hij weet het verschil niet tussen goed en kwaad, kortom: een verknipt figuur. De agent vraagt: maar kan hij zich in de maatschappij reden? Antwoord: oh absoluut. Klein detail, maar daar gaat het soms juist om.
Die maatschappij is me overigens wat. Langs de weg staan allemaal de zelfde soort huizen met oprijlaantje, in allemaal pastelkleuren, met bijpassende auto. Truttigheid ten top. Leuk om te zien hoe alle mannen tegelijk ’s ochtends weg gaan, op weg naar werk, terwijl de vrouwen maar wat thuis rondhangen.
Die vrouwen zijn trouwens ook bezienswaardigheden. Maar er is met name één typetje die er bovenuit springt: de oudere vrouw die continue een jonge vent aan de haak probeert te slaan. Memorabel is de scène waar ze zowaar een orgasme lijkt te beleven als Edward zijn handige handjes gebruikt om heur haar te knippen. Daarnaast is ook de godsdienstwaanzinnige vrouw erg leuk neergezet met haar preken richting de andere vrouwen en dat lachwekkende orgelspel: zo intens tragisch.
In het begin is Edward een bezienswaardigheid, maar langzaamaan raakt de lol er af en gaat de buurt zich tegen hem keren, met name gevoed door de ‘eenzame oudere vrouw’ die hem niet kon krijgen en allemaal praatjes in het rond strooit.
Als de voordelen (leuke tuin, mooi haar, leuk hondje) niet meer opwegen tegen de nadelen (gevaarlijke messen, engerd) dan wordt zo’n vreemdeling door een gemeenschap net zo makkelijk weer uitgekotst. Weggegooid als een leeg blikje, zonder dat men zich herinnerd wat hij heeft betekend.
Maar voor het zover is zien wij de lieve en mooie scène waarbij onze mooie Wynona Ryder in het rond danst, op die heerlijke sprookjes muziek, in de ‘sneeuw’ die Edward produceert tijdens het maken van zijn ijssculptuur. Het hoogtepunt van geluk totdat de droom definitief uiteenspat.
Ryders karakter Kim ziet in Edward wat anderen niet zien. Zijn onschuld. Er zit geen kwaad in hem. Hij oordeelt niet. Zijn liefde voor haar is oprecht, wat wij uit de scène halen als wij zijn motief horen waarom hij meeging om in te breken: omdat zij het vroeg.
De scène met de nieuwe handen was ook erg mooi. Als de uitvinder plots overlijdt, kan Edward de handen niet vasthouden en maakt ze stuk. Maar die handen bloeden niet zoals de overleden uitvinder doet, als metafoor dat hij nooit een echt mens zal zijn. Dat hij anders is.
Het einde, ja ach: zoals alle sprookjes horen te eindigen, met enige tragiek, maar het romantische sprookjesgevoel wordt wel netjes helemaal tot op het einde doorgevoerd en afgemaakt.. Gewoon een lief mooi en romantisch sprookje met een knipoog om heerlijk bij weg te dromen.